Rozendaalweg

Rozendaalweg
ECHELPOELHOEVE, Rozendaalweg: landelijk / mooi / historisch, foto: H. Vermeir

dinsdag 16 december 2014

Eindejaarsfeestdagen , de Dertiendagen: korte beschrijving en betekenis. * *



(2)


De periode van Kerstmis t.e.m de Driekoningen worden nogal al eens aangeduid als de Dertiendagen.
Brachten die geluk...


5 DECEMBER: sinterklaasavond (strooi- of pakjesavond).

Het feest wordt in België en in Nederland gevierd.
Pakjes al of niet vergezeld van een rijm of verpakt als verrassing - worden bij vrienden in de avond voor de huisdeur gelegd of anoniem afgegeven.
In de gezinnen is meestal een mand of zak waarin ieder zijn gaven voor de huisgenoten stopt.
Sinterklaas en Zwarte Piet, in het meervoud, worden zowel in Amsterdam als in Antwerpen een week of drie voor de feiten plechtig ontvangen. Ook op de vooravond was het tot zo'n 15-tal jaar geleden de de gewoonte om Sinterklaas en Zwarte Piet thuis te ontvangen. Er werd dan een brief voorgelezen waarbij werd nagegaan of de "stoute" kinderen recht hadden op de roe of op iets lekkers.
Door de heibel die vooral vorig jaar rond Zwarte Piet ontstaan is vooral in Nederland probeert men in dat land te doen of hun neus bloed.
De nuchtere Vlamingen maakten niet veel woorden vuil aan de Zwarte Piet die door de schoorsteen was gekomen en door het roet zwart werd.

Over Sinterklaas is er een afzonderlijk item op deze blog. Terug bladeren in de tijd a.u.b.


6 DECEMBER: feest van de H. Nicolaas

Kinderen die te jong zijn voor pakjesavond, krijgen op 6 december - op het feest van de sint - hun pakjes. In scholen kregen vroeger, zowel de leerlingen als de leerkrachten, een Sint in speculaas.


13 DECEMBER: feest van St.-Lucia

Lucia was een jonge, Siciliaanse martelares (4de eeuw).Ze wordt vooral gevierd in Finland en Zweden om het feest van het Licht te vieren. Kaarslicht wordt meegedragen o.a. door de Luciabruid in processies en optochten.


21 DECEMBER: feest van de H. Thomas (apostel)

De heilige Thomas moest eerst in de wonde van Christus kunnen voelen vooraleer hij geloofde dat Christus verrezen was. Vandaar het begrip "ongelovige" Thomas.
Rond deze heilige  is veel bijgeloof en een grote verscheidenheid aan gebruiken.
In Engeland werd op deze dag door de armen gebeden om eten voor het kerstfeest.
Tirolerboeren  eten deze avond 'Zelten', gebak van gedroogd fruit, getekend met het kruis en besprenkeld met wijwater.
In Finland worden ramen of deuren getooid met het St.-Thomaskruis.


21/22 DECEMBER: Midwinter (Winterzonnewende)

Kortste, donkerste dag van het jaar.
Vandaar heidense gebruiken die te maken hebben met de dood, de wedergeboorte en het voorbestaan van de zon.
In het oosten van Nederland kende men heel lang het het Midwinterblazen (om de winterduivel te verjagen).

24 DECEMBER: Kerstavond

Vooravond van de geboorte van Christus. De datum is vastgelegd oor de kerk maar is niet de werkelijke datum van de geboorte van Christus.
Deze avond wordt er gevierd, gedineerd en de pakjes worden uitgepakt.
De Joelblok wordt aangestoken, de versieringen  en de kerstboom werden meestal vooraf getooid.
In de Christelijke kerken zijn er nachtdiensten, met vieringen rond de kerststal. Het kerstgebeuren wordt dan uitgebeeld.

25 DECEMBER: eerste Kerstdag

Feest van de geboorte van het kindje Jezus.
Een vrije dag bijna voor iedereen. Niet de Horeca.
Zowel een kerkelijk - als een huiselijk feest.
Diner, geschenken en goedwillendheid.
Pachten werden betaald met Kerstmis.

Een verwijzing: " In 1611 was de Eeckelhoeve, eigendom van Lambrecht van Rijmenant, woonende tot Rosendael oft Waelhem int clooster  en Wouter Blockhuijs, wonende op  sconinx goet, ieder voor de helft. Zij hernieuwden de verpachting  van de hoeve voor 6 jaar aan 152  Karolusgulden per jaar, telkens te betalen met Kerstmis, aan Jan Helmans en elisabeth Van Camp." (1)(p.45)
Situering: zie onderaan.

26 DECEMBER: tweede Kerstdag en het feest van de H. Stefanus.

Er zijn twee heiligen van die naam op die dag.
Eén is de patroon  van de paarden. De paarden werden dan gezegend...
De dag kan gewijd worden aan sport, spel en /of paardensport.
Meestal een vrije dag.
In Engeland Boxing Day geheten. Die dag is er een stormloop op de winkels, wegens lagere prijzen.


27 DECEMBER: feest van de H. Johannes (apostel)

Leerling waarmee Jezus het beste contact had.
Op dit feest worden vrienden opgezocht.
In delen van Duitsland en Oostenrijk werd op deze dag de wijn van de gezinnen gezegend in de kerk.

28 DECEMBER: Onnozele Kinderen

Herinnert aan de kindermoord van Herodes.
Beschouwd als een ongeluksdag.
Oosterse kerken herdenken deze gebeurtenis op de 29ste.
In het Zijden van Nederland en in Vlaanderen trokken als 'grote mensen' verklede kinderen zingend rond en haalden geld op.
Vroeger was in menig gezin op die dag het jongste kind baas in huis.

Over Onnozele Kinderen is er een afzonderlijk item op deze blog. Terug bladeren in de tijd a.u.b.

31 DECEMBER: feest van de H. Sylvester, Oudejaarsavond

Sylvester was paus in de derde eeuw.
In vele delen van Europa wordt hij gevierd.
Het Oude Jaar wordt overal uitgeleid met veel lawaai, vuurwerk, feesten, in huis en buiten.
Het lawaai heeft te maken met het oude bijgeloof dat boze geesten erdoor worden afgeweerd.
In Nederland is het dan oliebollen (of smoutebollen , in Vlaanderen zegt men dat).
In de loop van de avond drinkt men in Nederland bisschopswijn en om 12 uur serveert men  overal ter wereld champagne of cava.

01 JANUARI: feest van de Besnijdenis van Jezus, Nieuwjaarsdag


Oude Nieuwjaarsbrief, geschreven in de lagere school.


Op deze dag probeert men de naaste familieleden nieuwjaar te wensen door ze te ontmoeten of door op 24 uur 's nachts een sms'je te sturen. Vooraf of even enkele dagen later zonden we reeds een kaartje of verstuurden een e-mail waarin we onze wensen mededelen. De kinderen,tot het zesde leerjaar van de langere school, schrijven een nieuwjaarsbrief voor de ouders, de grootouders, de peter en de meter. Deze boodschap van heilswensen worden dan ook verzilverd.

5 JANUARI: Dertienavond, vooravond van Driekoningen

Avond van de dertiende dag na Kerstmis.
Er worden hier en daar door bakkers nog driekoningen taarten gebakken waarin een boon verwerkt wordt. Wie de boon treft, moet trakteren, of mag - juist omgekeerd - gediend worden.

Over Driekoningen is er een afzonderlijk item op deze blog. Terug bladeren in de tijd a.u.b.

6 JANUARI: Driekoningen


Driekoningendag te Brugge. Het juiste aantal koningen was niet van zo'n groot belang. Maar wel of ze een ster bijhadden, een kroon op hadden en speciale kledij droegen, maar niet per sé sjiek..


Herdenking van de aankomst van de drie wijzen bij de stal in Bethelehem.
Oorspronkelijk feest met winterelementen.
Op vele plaatsen in Vlaanderen en Nederland trekken kinderen rond met een schitterende ster en als koningen verkleed, bedelend en zingend langs de huizen.
Ze worden tegenwoordig op afstand vergezeld door een toekijkende vader of moeder.

Over Driekoningen is er een afzonderlijk item op deze blog. Terug bladeren in de tijd a.u.b.


2 FEBRUARI: Maria Lichtmis

Herdenking van Jezus' opdracht in de tempel; reiniging van Maria.
In de kerk worden de kaarsen gezegend voor het komende jaar.


VERWIJZING

Gillian Cooke, "De feestelijke Finale, het handboek voor de decembermaand", Bijenkorf, Amsterdam, 1980, p.9.
Jan Grauls, "Kerstmis in de Taal", in: Het Vlaamsche Kerstboek, Kerstnummer, Brussel, 1929, (3)(p.68)
Sésiré Pissens en Juliaan Festraets, "Taalgroei", bloelezing, Brussel, dl.1, s.d., (2)(p.83)
Francois van der Jeught, "De hoeven in Sint-Katelijne-Waver en in Onze-Lieve-Vrouw-Waver omstreeks 1600", in:  Accenten uit de Geschiedenis van het Waverland, dl. IV, uitgave van ERF en Heem, Sint-Katelijne-Waver, België, 2013, p.45.(1)



BEGRIPSVERRUIMING / SITUERING

De Dertiendagen: " Het tweede deel van Weinachten (kerstmis) is nacht met de betekenis van dag want de Germanen telden immers met nachten. Hun maanjaar was ingedeeld in 12 manen van ieder 29 of 30 dagen en om overeenstemming te bekomen met zonnejaar werden er 12 dagen aan het einde van het jaar ingeschoven. Dit zijn de twaalf nachten waarin aanhoudend feest werd gevierd en welke nu nog de tijd vormen van heel wat folkloristische gebruiken. In de Engelse woorden 'fortnight' = 14 dagen en se(ve)nnight = acht dagen, zien we nog hoe night de betekenis van dag heeft bewaard."(3)(p.68)
Caesar voerde de Juliaanse kalender in. Dit was een overgang van het maanjaar naar het Zonnejaar en de toevoeging van dertien dagen om aan 365 dagen te komen.

De Eeckelenhoeve (ook Eeckelhoef) stond in de huidige straat Zorgvliet in de gemeente Sint-Katelijne-Waver.  (België) (1)(p.44)





donderdag 11 december 2014

Een gedicht / Een lied per maand: "Zang" P.C. Hooft




 in: "De Nederlandse Letterkunde in Honderd Schrijvers"Van F. Bauer, J. Den Haan, e.a., de Sikkel, Antwerpen, 1953, p. 38.








SANG


Klaere, wat heeft uw hartje verlept
Dat het verdriet in vroolijckheidt schept,
En altijd even beneepen verdort,
Gelijck een bloempje, dat dauwetje schort?

Krielt het van vrijers niet om uw deur?
Mooghje niet gaen te kust en te keur?
En doeje niet branden, en blaeken, en braên
Al waer 't u op lust een lonckje te slaen.


Anders en speelt het windetje niet,
Op elsetacken, en leuterigh riet,
Als: lustigjes; lustigjes, Lustighjes gaet
Het watertje, daer 't tegen n't walletje slaet.

Siet d'openhartighe bloemetjes staen,
die u tot alle blijgeestigheidt raên.
Self 't zomertje wenscht' u wel beter te moe,
en werpt u een lieffelick ooghelijn toe.

Maer soo se niet, door al hun vermaen,
Steeken met vreughd uw zinnetes aen,
Soo sult ghij maecken aan 't schrejen de bron
De boomen, de de sujvere zon.

Uit: 'Erotische Gedichten' van P.C. HOOFT (1581-1647),
3de druk, Zutphen, 1956.


Nu wordt dit zeker niet meer ervaren als een "erotisch" gedicht.
Maar laat ons een kijken naar de beeldende kunst van die tijd:


Jan Gossaert, "Adam en Eva", ets, verz. Bondy, Wenen.
In:  "Vijf Eeuwgetijden" van A. Enno Van Gelder, Van Kampen en Zoon, Amsterdam, 1948,  naast p. 37.In de "Gouden Eeuw" werden er heel wat erotische prenten geproduceerd, meestal gedekt door een allegorie of een bijbels tafereel waarin men naakt en erotiek kon uitbeelden. De rijke klasse van kooplieden in Nederland besteedde daar heel wat geld aan.


Pieter Cornelis Hooft (1581 -1647)


in: "De Nederlandse Letterkunde in Honderd Schrijvers"
Van F. Bauer, J. Den Haan, e.a., de Sikkel, Antwerpen, 1953, p
40.

Hij was de zoon van een befaamd Amsterdams burgemeester: drost van Muiden, dichter, historicus, toneelschrijver, de grootste en meest typische vertegenwoordiger van de late Renaissance in de "Lage Landen". Hij reisde (1600) naar Italië zoals toen gebruikelijk was voor kunstenaars en vooraanstaande rijke burgers. Hij woonde trouwens op een burcht/kasteel.
Men moet zich wel voorstellen dat het toen nog niet gedaan was met de militaire strijd tussen het Noorden en het Zuiden, de Spanjaarden. Aan oorlogen zijn er een aantal mensen die daar niet armer van worden.





Het Muiderslot, in Zuid-Holland, zoals P.C. Hooft het bewoonde in 1617.
in: "De Nederlandse Letterkunde in Honderd Schrijvers"
Van F. Bauer, J. Den Haan, e.a., de Sikkel, Antwerpen, 1953, p. 44.

Als aristocraat beminde hij de schone vorm in leven en letteren, maar hij wist bovendien die vorm zinrijk te vullen,"Granida", voltooid in 1605 en uitgegeven in 1615, en het blijspel "Warenar", 1616, behoren tot zijn meest bekende stukken.
Hij schreef veel liederen, en vijftig sonnetten en een overvloed van brieven.
Later (1628-'47) hield hij zich uitsluitend met de geschiedenis bezig in zijn "Nederlandsche Histoorien" .
Zijn proza is kunstig en vormelijk, zijn stijl ingewikkeld, zijn verhollandsing van vreemde woorden dikwijls onverwachts en gezocht. In die tijd van de opbouw van het moderne Nederlands werkte zijn schrijftrant taalvormend.
In het gedicht hierboven is de verkleinvorm schijnbaar een belangrijk stijlelement. Het moet er toe bijdragen dat het zogenaamde "erotische" wat wordt afgevlakt.
Een grote collectie handschriften is in het bezit van de Universiteitsbibliotheek te Amsterdam.

Verwijzing: "De Nederlandse Letterkunde in Honderd Schrijvers"
Van F. Bauer, J. Den Haan, e.a., de Sikkel, Antwerpen, 1953, p. 40.



zondag 7 december 2014

Luc de Vos op 6 december ZALIG verklaard in Vlaanderen!!!



Als we de laatste dagen de hype zagen rond het overlijden van zanger Luc de Vos hadden we de indruk dat er heel veel geld te verdienen was. Het leek een komkommerperiode waarin niet te negatieve dingen konden verteld en het is een periode waar  men op de gevoelens van de mensen kan spelen, zolang er aan te verdienen is natuurlijk. Als toppunt van menselijke solidariteit zonden op 6 december alle radiozenders op hetzelfde ogenblik de tophit "Mia" van Luc uit. De schreeuw naar de menselijke behoefte aan begrip en samenzijn. Als dat geen groots moment van solidariteit / medeleven was...  Luc zal zich wel eens omgedraaid hebben in zijn sobere kist.

Maar tussendoor werd het heet. Koningin Fabiola overleed. Te veel heet van de naald nieuws. Wat nu...
Het angstzweet brak uit in persmiddens. En maar vertellen wie er aan de poort van het verblijf van Fabiola allemaal aankwam.... En twee notoire vrijzinnigen die waarschijnlijk zichzelf hadden voorgesteld werden gevraagd om iets te vertellen over de overleden koningin. Uiteindelijk zal zij vrijdag een Nationale begrafenis krijgen...

Oei  te veel nieuws! Maar we moeten  besparen...
Maandag,  het grote ogenblik komt er aan.

"God is dood,
 maar de dood werd God." Jan Otten

In elk geval wensen we  Lucs  familie een Christelijke deelneming en aan hem een gelukkig hiernamaals waar hij  Sint-Pieter nog vele mopjes kan vertellen. Het feest in de hemel...

vrijdag 5 december 2014

"Aan een pruimelaar kan men schudden..." : gezegde



AAN EEN PRUIMELAAR KAN MEN SCHUDDEN

In het woordenboek van Dale (1992) vinden we het woord pruimelaar niet terug, maar wel pruimeboom. In Verdam (editie 1911) vinden we prumelaar of prumelarijn of prumerboom.

De betekenis van het gezegde: "Aan een pruimelaar mag men schudden, hij mindert niet."

Aan de betekenis van het gezegde is een mooi oud Vlaams vertelsel verbonden.

" Op een goeie keer, 't is lang geleden, 't was in de tijd dat er al eens heiligen terug op de wereld kwamen, waren Ons Heer en Sint-Pieter samen op wandel, in de streek rond Eeklo.  Gelijk het in 't Meetjesland meestal de gewoonte is, staan boerenwoningen nogal ver op 't hof. Vooraan ligt dan de boomgaard.
't Was juist in de tijd van 't jaar, dat de pruimen rijp zijn. De middagzon had de twee reizigers, om zo te zeggen murw gestoofd, zo heet was 't. En ver of bij was er geen herberg, waar ze zich konden laven.
Daar zag Sint-Pieter op een boerenhof een pruimeboom,
zwaar beladen met grote, gele eierpruimen.
-'t Water komt mij er van om de tanden(1), zei hij tegen zijn meester.
Of 't er om gedaan was, kwam de boerin juist uit de keet(2) met een emmer spoelsel voor een krooi (3) biggen in de boomgaard. - Ksss... ksss... deed ze.
- 'k Zou wel eens vragen, zei Sint-Pieter, of ik eens mag schudden.
- Doe maar, zei ons Heer.
En Sint-Pieter de werf(4) op.
-Zeker, zeker, lachte de vrouw, schud gij maar op en neem voor uw kameraad ook een handsvol mee.
Sint-Pieter liet zijn eigen niet zoeken.(5) Hij pakte de onderste tak beet en ging aan het schudden dat het pruimen regende.
Hm... hm... zo sappig en lekker... wat smaakten ze. Hij stak ook zijn zakken vol en daarbij, hij spreidde zijn grote rode zakdoek uit over 't gras en laadde er zoveel in hij kon.
- Een appeltje voor de dorst, monkelde hij.
Maar nu komt het wonderste van de historie.
Als de boerin een poosje later naar de boom keek, zag ze niet dat de pruimen geminderd waren.
En zo is de spreuk ontstaan en 't gebruik opgekomen.
Maar om de waarheid te zeggen, 't is sedert de laatste oorlog(6) uit de mode."(7)




Tekstverwijzingen:

(1) Wij zouden zeggen: "Het water komt er mij van in de mond."
(2) de keet: gebouwtje van tijdelijke aard en tot tijdelijk verblijf( b.v. van landarbeiders, polderwerkers).
(3) de krooi: nest, troep.
(4) de werf: erf, ook verhoogde grond...
(5) "Sint-Pieter liet zijn eigen niet zoeken": niet dralen om op iets in te gaan.
(6) de laatste oorlog: WO II


Bronverwijzing:

FL. Decraene en A. Vercraeye, Stil en Goed, Van In, Lier, 1949, p.178.

maandag 1 december 2014

28 december: ONNOZELE KINDEREN of ALLERKINDEREN *



De derde dag na het Kerstfeest is het de dag van de "Onnozele of Onschuldige kinderen".

Het ontstaan
Het feest heeft zijn oorsprong  in het feit dat Herodes, koning van Judea al de mannelijke kinderen van twee jaar en daar onder, te Bethlehem en in het omliggende, deed ombrengen. Op die manier meende hij (volgens de Bijbel) het kindje Jezus te doen verdwijnen, dat als koning van de Joden was gekomen, en Herodes, zoals hij zich inbeeldde naar de kroon zou steken.Volgens Matheus (2: 16-18) (1)(p.?)

De verbeelding: Pieter Brueghel de Jonge



Pieter Brueghel de Jonge, De moord op de "onnozele" kinderen, Wenen, Kunsthistorisch Museum, 1565-1566.(2)(p.302)
Het onderwerp werd door Pieter Breughel de Jonge, 14 keren op doek gebracht.
Het onderwerp is weergegeven in een besneeuwd Vlaams dorp uit de 16-de eeuw en niet naar de periode waarin de bovengenoemde kindermoord zich afspeelde. De soldaten doden zonder onderscheid alle kinderen. Mannen en vrouwen lopen er er angstig en droevig bij. Een groep gepantserde ruiters slaat de slachtpartij gade. De loodrecht opstaande lansen  waren die van Spaanse troepen. De in het zwart geklede aanvoerder met witte baard in het midden moet waarschijnlijk de hertog Alva voorstellen. Zo is het schilderij ook een aanklacht tegen de wreedheden van de Spanjaarden tijden de Godsdienstoorlogen in onze gewesten.(3)(p.12)
Er is ook nog een schilderij van  Pieter Pauwel Rubens, waar het onderwerp op een erg expressieve wijze wordt uitgebeeld.

De benaming
In Limburg zou men Alderkinderen zeggen;
In Vlaanderen wordt het feest soms omschreven als Allerkinderendag;
In Antwerpen zou het Vaderkens- en Moederkensdag genoemd worden;
en algemeen de dag van de Onnozele kinderen.(4)
Andere benamingen: abtsdag, concedefeest, bisschopsdag, depotuitfeest.
Innocents Day in het Engels.Die dag wordt o.a. in Schotland ervaren als een ongeluksdag, zo'n een beetje zoals een vrijdag die op een dertiende valt.(8)(p.536)

Te Antwerpen en Brugge kozen verklede  kinderen vroeger een kinderabt, waarna ze  door de straten trokken onder het zingen van walgelijke liedjes.
In vele plaatsen werden vader en moeder buitengesloten en dan snuffelden de kinderen in alle kasten nar wat lekkers, trokken kleren van hun ouders aan en liepen al joelend op de straat.(6)(p.329)

Te Antwerpen zong men:
't Is vandaag Onnozele Kinderdag,
Geef de moerkens een vaarkens wat?
Geeft wat, houd wat,
't Naaste jaar nog wat!


Frans Verschoren, Verhaal uit de bundel: ‘Langs kleine wegen’ en ‘Zonnig leven’ ( beiden 1912).Het boek hierbij noteert 1927.(8)
De auteur had zijn roots te Sint-Katelijne-Waver.

Uitleg: begrip "onnozel" naar "onwetend"
De kerk vereert hiermee  de eerste martelaren die voor Christus zijn gevallen.
Het woord "onnozel" in de betekenis van "onschuldig" is niet zo voor de hand liggend.
We spreken wel van "onnozel wicht" of van "onnozel bloed vergieten", meer gebruikelijk is toch de betekenis  van noozel als dom, alles geloven, gemakkelijk te bedriegen, enz...
Deze betekenisovergang had te makkelijker spel, daar het grondwoord "nozel" of "nosel" in de betekenis van kwaad, slecht, schuldig, schadelijk, zondig on ons spraak gebruikverloren is gegaan.
We kunnen het niet meer eens zijn met de opmerking van Cats, dat " een regel onnosel leven" de mens ware rust en goede dagen kan geven.
Deze ontwikkeling wordt duidelijk wanneer me ze vergelijkt met het Franse 'simple' (van het Latijnse 'simplex', 'simplices'). In het Nederlands de simpele waarheid; de simpelen van geest, d.w.z. de armen van geest; 'Heureux les simples d'esprit, car le royaume des cieux est à eux'.
We hebben dan ook maar één stap te doen en we zijn bij onnozel dom.
In de Zaanse volkstaal  heeft zich het woord  nosel, noselijk, naast het werkwoord  nosen gehandhaafd in de betekenis  van jammer, spijtig, 'zonde', begrotelijk, begroten, bijv.: " 't Is toch zo'n  nooslijk gezicht dat alle  bloeme stukkend 'ewaoid benne' en: " Het noost me, dat ik dat huis toe niet 'ekocht heb".
zo zijn 'nosel' en 'nosen' it onze taal verdwenen; ze lieten slecht hier en daar een spoortje achter. Het woord was op een bepaald ogenblik niet meer gebruikelijk en verdween uit het taalgebruik.(5)(p.12)

Leo Primavesi, Kindermoord. (7)


Verwijzing:

Bont Blackburn en Leofranc Holford-Stevens, The Oxford Companion of the Year, Oxford, 1999. (8)
Rose-Marie en Rainer Hagen, Pieter Bruegel de Oudere rond 1525-1569, Taschen/ Libero, Keulen, 2001.(3)
J.A.Meijers, Het woord, Ontstaan, gebruik en ontwikkeling, Prisma-boeken, Utrecht/Antwerpen, 1964.(5)
Jacob STINISSEN, Oude, Vlaamsche Kinderfeestjes en Volksvermaken, L. Opdebeek, Antwerpen, ,1925. (1)+(4)+(7)
André Ver Elst, Folkoristische Tijdspiegel voor België, Brussel, s.d. (6)
Tentoonstellingscatalogus: "Pieter Breughel - Jan Brueghel, une famille des peintres flamands vers 1600", Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, Antwerpen, 1998.(2)
http://schrijversgewijs.be/schrijvers/verschoren-frans/ (8)